Uitlevering en overlevering zijn essentiële onderdelen van het internationale strafrecht, waarbij het gaat om het overdragen van een persoon aan een andere staat voor strafrechtelijke vervolging of strafuitvoering. Deze procedures maken het mogelijk dat een staat een persoon kan opeisen voor vervolging of strafexecutie.
Overlevering vindt plaats binnen de Europese Unie (EU) en wordt geregeld door het Europees arrestatiebevel (EAB). Dit kan zijn voor een lopend strafrechtelijk onderzoek of voor de uitvoering van een reeds opgelegde straf. De regels voor overlevering binnen de EU zijn vastgelegd in de Overleveringswet.
Uitlevering betreft de overdracht van een persoon tussen landen die niet noodzakelijkerwijs lid zijn van de EU, zoals Dubai of Turkije. U kunt via deze link meer lezen op de uitleveringsprocedure.
Wat houdt de overleveringsprocedure in?
De overleveringsprocedure begint met de uitvaardiging van een Europees arrestatiebevel (EAB) door een EU-lidstaat. Dit is een formeel verzoek tot overlevering aan een andere lidstaat. Met dit bevel kunnen Nederlandse opsporingsambtenaren de gezochte persoon in Nederland aanhouden.
Na de aanhouding zal de opgeëiste persoon worden gehoord door de politie. Vervolgens zal er binnen drie dagen een voorgeleiding plaatsvinden bij de rechter-commissaris of de officier van justitie. De voorgeleiding is een belangrijk moment in het proces. Tijdens deze voorgeleiding zal namelijk worden beoordeeld of hechtenis moet voortduren of dat de opgeëiste persoon haar/zijn proces in vrijheid mag afwachten. De advocaat kan vragen om de hechtenis te schorsen. Als het gevaar op vluchten beperkt is, kan tijdens de voorgeleiding worden besloten om de hechtenis te schorsen. Hierbij wordt rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de desbetreffende persoon. In het kader van de persoonlijke omstandigheden zal worden gekeken naar de woon-, werk- en gezinssituatie.
Tijdens de voorgeleiding moet de opgeëiste persoon kiezen tussen een korte of lange procedure. Als de opgeëiste persoon voor de korte procedure kiest, vindt er alleen een korte zitting plaats en wordt zij/hij binnen twintig dagen overgeleverd aan de aanvragende lidstaat. Indien de lange procedure wordt gekozen, zal de rechtbank de zaak verder onderzoeken.
Uiteindelijk zal de Rechtbank Amsterdam moeten beoordelen of de opgeëiste persoon kan worden overgeleverd. In een overleveringsprocedure zijn er verschillende gronden waarop Nederland de overlevering kan weigeren. Deze weigeringsgronden zijn vastgelegd in de Overleveringswet en zijn bedoeld om de rechten van de opgeëiste persoon te beschermen en ervoor te zorgen dat de overlevering rechtvaardig en in overeenstemming met de wet wordt uitgevoerd.
Wat kunnen redenen zijn om een overlevering te weigeren?
Een belangrijke weigeringsgrond is het principe van dubbele strafbaarheid. Dit betekent dat het feit waarvoor de overlevering wordt verzocht, zowel in het uitvaardigende land als in Nederland strafbaar moet zijn. Als het strafbare feit in Nederland niet als een strafbaar feit wordt erkend, kan de overlevering worden geweigerd.
Er mag geen sprake zijn van een dubbele bestraffing. Als de opgeëiste persoon in Nederland al is berecht of gestraft voor hetzelfde feit, kan de overlevering worden geweigerd.
Overlevering kan ook worden geweigerd als het verzoek betrekking heeft op een politiek misdrijf. Dit zijn misdrijven die worden beschouwd als gericht tegen de staat of politieke instellingen, zoals rebellie of hoogverraad. Het beschermen van personen tegen vervolging voor politieke redenen is een fundamenteel principe in het internationale recht.
De overlevering kan worden geweigerd als er gegronde redenen zijn om aan te nemen dat de rechten van de opgeëiste persoon in het uitvaardigende land niet worden gerespecteerd. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als er een risico is op onmenselijke of vernederende behandeling, slechte detentieomstandigheden, of een gebrek aan een eerlijk proces. De Nederlandse rechtbank moet ervan overtuigd zijn dat de rechten van de persoon in het andere land worden gewaarborgd.
In sommige gevallen kan de overlevering van een Nederlandse staatsburger worden geweigerd, vooral als het gaat om het uitzitten van een straf. De rechtbank kan bepalen dat, indien de persoon in het uitvaardigende land wordt veroordeeld, hij zijn straf in Nederland mag ondergaan. Dit biedt bescherming aan Nederlandse onderdanen tegen onrechtvaardige vervolging in het buitenland.
Overlevering kan ook worden geweigerd op basis van ernstige humanitaire redenen. Dit kan bijvoorbeeld spelen wanneer de overlevering een ernstige verslechtering van de gezondheid van de opgeëiste persoon zou betekenen of wanneer andere humanitaire omstandigheden zodanig zijn dat de overlevering onmenselijk zou zijn.
Advocaat overlevering nodig?
Voor overleveringszaken geldt dat de opgeëiste persoon na de aanhouding een advocaat krijgt. Gespecialiseerde rechtsbijstand is in een overleveringsprocedure noodzakelijk. Onze advocaten beschikken over de nodige expertise. Mocht u voor de aanhouding weten dat er een overleveringskwestie speelt, dan is het zeer raadzaam om voor uw aanhouding contact met ons op te nemen. Wij kunnen dan in een vroeg stadium een strategie met u uitzetten.
Heeft u vragen of wilt u direct juridische hulp inschakelen? Neem dan contact op met ons kantoor. U kunt ons e-mailen op info@klpadvocaten.nl of telefonisch contact opnemen tijdens kantooruren via 020-6731548. Voor urgente zaken, zoals een aankomende aanhouding, kunt u ons bereiken via ons spoednummer 06-24428734.
Wilt u meer lezen over uitlevering? Klik dan hier.