Mohammed B. legt een verklaring af
De verdachte van de moord op Theo van Gogh, Mohammed B., zal vandaag voor de rechter in Amsterdam een korte verklaring afleggen. Tot dusver zweeg hij.
B.’s advocaat Peter Plasman maakte dit gisteren bekend nadat hij zijn cliënt had bezocht in het Pieter Baan Centrum (PBC). Dit is de observatiekliniek van justitie waar B. nu zit voor een gedragskundig onderzoek. B. deelde zijn besluit eergisteren aan Plasman mee. De advocaat zei niets over de inhoud van B.’s verklaring of diens motivatie om te verschijnen. Onmiddellijk na zijn arrestatie op 2 november zei B. tegen agenten dat hij bij de moord op Van Gogh had willen sterven. Daar bleef het bij, want sindsdien zweeg hij. Bij de vorige zitting, in januari, koos hij ervoor om niet aanwezig te zijn. Ook tegen zijn raadsman praatte B. niet veel. Hij gaf deze toen wel een boodschap voor de rechter mee: hij wil volledig verantwoordelijk worden gehouden voor zijn daden en niet ontoerekeningsvatbaar worden verklaard. Toch stuurde de rechter B. naar het PBC. De officier van justitie had daar om gevraagd omdat hij wil dat eventuele ontoerekeningsvatbaarheid van B. wordt uitgesloten. B. weigert in de kliniek elke medewerking. Net als in januari wordt de zaak vandaag niet inhoudelijk behandeld. Dat proces staat voor 11 en 12 juli gepland. Behalve het psychiatrisch onderzoek moet ook het opsporingsonderzoek worden afgerond. Een vraag die het OM koste wat kost beantwoord wil hebben, is wie B. bij de voorbereidingen van de moord hebben geholpen. B. wordt verdacht van moord met een terroristisch oogmerk -een nieuwe, strafverzwarende omstandigheid- maar hij zou ook het kamerlid Hirsi Ali hebben verhinderd om aan het werk te gaan. Hij had een open brief aan haar op het lichaam van Van Gogh gestoken. B. kan levenslang krijgen. Later wordt hij mogelijk nog vervolgd als lid van de terroristische organisatie die bekendstaat als ‘Hofstadgroep’.