Advocaten van Richard de Mos laten geen spaan heel van OM: ‘Ze zijn totaal door het ijs gezakt’
Ze kwamen voor de aanval en dat was te merken ook: in hun verdediging van de politici Richard de Mos en Rachid Guernaoui in het hoger beroep van de Haagse corruptieaffaire maken de advocaten Peter Plasman en Jordi L’Homme gehakt van het OM. ,,Ze hebben er een hele grote puinhoop van gemaakt.”
Een waarschuwing vooraf. Daar hadden de mensen in Haagse rechtszaal waarschijnlijk niet op gerekend. Maar de advocaten van de politici Richard de Mos en Rachid Guernaoui beginnen er hun pleidooi in het hoger beroep van de Haagse corruptieaffaire toch echt mee. En niemand die zo’n vier uur later zal hebben gedacht: waarom eigenlijk?
Het is niet raadsman Peter Plasman, maar zijn kantoorgenoot Jordi L’Homme die de kastanjes uit het vuur haalt. ,,In dit pleidooi zullen harde woorden gesproken worden over het handelen van het OM”, zegt hij op dag vier van het hoger beroep in de corruptiezaak tegen de twee Haagse politici en vijf verdachte ondernemers. ,,Keiharde woorden.”
De advocaat laat een gepaste stilte vallen. Dan: ,,Het OM heeft er een hele grote puinhoop van gemaakt, is uiterst onzorgvuldig te werk gegaan, is gedane toezeggingen niet nagekomen, treedt misleidend op waar het gaat om zijn kritiek op het vonnis van de rechtbank Rotterdam, diskwalificeert deze rechtbank, zet uw hof op oneigenlijke wijze onder druk en laat het eigen belang evident prevaleren.”
En dan moet het allemaal nog beginnen.
Beroepsverbod en geldstraffen
Afgelopen dinsdag eisten de aanklagers voorwaardelijke celstraffen, geldboetes tot 10.000 euro en werkstraffen tegen de zeven verdachten in de corruptiezaak rond Richard de Mos. Voor de oud-wethouders van Den Haag kwam er nog de eis van een jarenlang beroepsverbod bij.
Maar volgens de verdediging had het zover helemaal niet mogen komen. Het betoog van Plasman en L’Homme is in essentie eenvoudig. Hun cliënten zijn in eerste aanleg al vrijgesproken en het OM had nooit in hoger beroep mogen gaan. Urenlang ging het in de rechtszaal over de redenen waarom het Gerechtshof het hoger beroep niet-ontvankelijk moet verklaren.